Jan van Mazijk
Jan van Mazijk. Ja, wat kunnen we van hem zeggen. Hij is allereerst een uitermate gelukkige echtgenoot, vader, schoonvader, grootvader – en daartussen nog creatief.
Potloden, kwasten en verf kleuren zijn leven. ‘Diepzinnige’ doeken vullen zijn huis, beschaduwen her en der tevens andere muren.
Liedjes en gedichten de wereld in typen deed hij ook, waarna bij hem geleidelijk een behoefte, een vriendelijke dwang opborrelde een boek te fabriceren, met de titel: Ahlantalah. Dat zou hij wel even doen. Hm.
Het proces verzinnen bleek een ietwat andere discipline dan het proces schrijven. Een verhaal huppelend in de hersenpan wil niet zeggen dat het simpel even op het scherm geprojecteerd kan worden. Maar Jan zijn vrucht zal gegarandeerd rijpen: om, zoet opgediend en bij voorkeur in daglicht, te worden geconsumeerd.
Grimmig rijk
Deze bovennatuurlijke thriller speelt zich voornamelijk af op het zichzelf beschermende eiland Ahlantalah. Zó beschermd, dat niemand ooit ervan heeft gehoord. Je kunt er bij toeval op terechtkomen: een angstaanjagende ervaring.
Adam Smit, doemdenker in bange dagen, overkomt dit. Na tijden van eenzaam ronddolen en ontgoocheling op het eiland te hebben doorstaan, ontdekt hij, in een betoverend verlichte grot, haar grootse geheim…
Adam ontmoet in het paradijselijke binnenland de adembenemende vrouw Eefha; en een liefde bloeit op. Maar hij komt met geweld ook in aanraking met haar levensgezel, Kagnot.
Na Adams monstertocht terug naar ‘onze’ wereld, samen met Eefha, wordt hij echter al snel gedwongen om terug te keren naar Ahlantalah. Met onvoorziene gevolgen…